Cholesterol: essentieel voor onze gezondheid!

Cholesterol. Een begrip die voor veel mensen een hele negatieve weerklank heeft. Echter is dit niet helemaal terecht. Wat veel mensen namelijk niet weten, is dat cholesterol ook een hele hoop nuttige dingen doet in ons lichaam. Daarom is het, wat mij betreft, hoog tijd om dit onderwerp met jullie te bespreken en (hopelijk) de negatieve associaties met cholesterol een beetje te kunnen temperen. Veel leesplezier gewenst!

Wat is cholesterol?

Cholesterol is een vetachtige stof. Het grootste deel van het cholesterol dat in ons lichaam aanwezig is, wordt aangemaakt door de lever. De rest krijgen we binnen via onze voeding. Voorbeelden van producten die rijk zijn aan cholesterol, zijn: eieren (met name de eidooier), orgaanvlees (lever en nieren), garnalen, mosselen, hom, kuit, roomboter en slagroom.

De functies van cholesterol

Cholesterol vormt een essentiële stof vanwege de belangrijke functies die het binnen het lichaam vervult. Zo fungeert cholesterol in ons lichaam als bouwsteen, onder andere van lichaamscellen, het zenuwweefsel, gal én bepaalde hormonen en vitamines (waaronder vitamine D). Vanwege deze functies is cholesterol onmisbaar. Sterker nog: zonder cholesterol zouden wij als een soort plumpudding in elkaar vallen, doordat ons lichaam totaal geen stevigheid heeft.

Ondanks alles wordt cholesterol vooral geassocieerd met de rol die het speelt bij het ontstaan van hart- en vaatziekten. En ergens snap ik dit ook wel. Want, via het nieuws, social media, internet, de (huis)arts, praktijkondersteuners, enzovoort krijgen we vaak vooral te horen welke schadelijke effecten cholesterol op onze gezondheid heeft. Je zou ook wel kunnen zeggen dat we een beetje bang worden gemaakt voor cholesterol. Maar, waar hebben we het nu precies over?

"Cholesterol is een bouwsteen, van onder andere lichaamscellen, het zenuwweefsel, gal én bepaalde hormonen en vitamines (waaronder vitamine D)"

Soorten cholesterol

Zoals gezegd is cholesterol een vetachtige stof, bloed is daarentegen juist een waterachtige substantie. En zoals jullie waarschijnlijk allemaal wel weten, kunnen vet en water niet goed gemengd worden. Vet en water stoten elkaar af. Dit zie je bijvoorbeeld gebeuren wanneer je een druppel olie in een glas water laat vallen: de olie gaat op het water drijven. Ook al roer je dit nog zo goed door, het lukt je met geen mogelijkheid om de olie en het water te mengen. Om vet en olie te laten mengen, heb je bepaalde hulpstoffen nodig. Deze hulpstoffen noemen we ook wel emulgatoren. In het bloed gebeurt dit ook. Om cholesterol door het bloed te kunnen vervoeren, hebben we speciale eiwitten nodig. Deze eiwitten noemen we lipoproteïnen. Er zijn verschillende soorten lipoproteïnen. De twee belangrijkste zijn: lage dichtheid lipoproteïne (LDL-cholesterol) en hoge dichtheid lipoproteïnen (HDL-cholesterol). Hieronder lees je meer over beide soorten cholesterol.

"Om cholesterol door het bloed te kunnen vervoeren hebben we speciale eiwitten nodig: lipoproteïnen"

LDL-cholesterol

LDL-cholesterol vervoert cholesterol vanuit de lever, via het bloed, naar de rest van het lichaam. LDL-cholesterol wordt ook wel het ‘slechte cholesterol’ genoemd, omdat het aan de binnenkant van onze bloedvaten kan blijven plakken en zich daar op kan hopen. Dit proces wordt ook wel aderverkalking of atherosclerose genoemd.

Van nature zijn onze bloedvaten mooi glad van de binnenkant. Hierdoor is de kans klein dat er iets aan de vaatwand blijft plakken. Wanneer de binnenste laag van het bloedvat beschadigd raakt, gaat LDL-cholesterol hierheen om dit te repareren. Hierbij vormt het LDL-cholesterol een soort korstje aan de binnenkant van het bloedvat, wat we ook wel ‘plaque’ noemen. In de loop van de tijd kan zich steeds meer LDL-cholesterol én calcium in de vaatwand gaan ophopen. We zeggen dan dat de vaatwand ‘verkalkt’. Als gevolg van een steeds dikker wordende ophoping in de vaatwand, wordt de doorgang van het bloedvat steeds nauwer. De toe- en afvoer van bloed naar een orgaan of weefsel wordt hierdoor steeds meer belemmerd. Uiteindelijk kan de toe- en afvoer van bloed naar een orgaan of weefsel zelfs helemaal afgesloten worden. Het achterliggende orgaan of weefsel krijgt dan ook onvoldoende of  helemaal geen zuurstof aangeleverd, waardoor deze minder goed of helemaal niet meer kan functioneren. Wanneer de toe- en afvoer van bloed in een slagader van het hart wordt afgesloten, dan spreken we van een hartinfarct.

"LDL-cholesterol wordt ook wel het 'slechte cholesterol' genoemd, omdat het aan de binnenkant van onze bloedvaten kan blijven plakken en zich daar op kan hopen"

HDL-cholesterol

HDL-cholesterol vervoert cholesterol vanuit de cellen, weefsels, organen en het bloed naar de lever. In de lever wordt het aangevoerde cholesterol gebruikt om eerder genoemde functies te vervullen. De lever kan er daarnaast ook voor zorgen dat er cholesterol wordt afgevoerd via de ontlasting, met als gevolg dat het cholesterolgehalte in het bloed wordt verlaagd en dus ook het risico op hart- en vaatziekten daalt. HDL-cholesterol wordt daarom ook wel het ‘goede cholesterol’ genoemd.

Anders gezegd hebben LDL- en HDL-cholesterol dus een tegengestelde werking. LDL-cholesterol kan je hierbij het beste zien als een mannetje met een volle kruiwagen, welke door onze bloedvaten loopt op zoek naar een plek waar hij zijn vracht kan dumpen. HDL-cholesterol is juist een mannetje met een lege kruiwagen die op zoek is naar overtollig cholesterol dat kan worden afgevoerd. LDL-cholesterol draagt bij aan een verhoogd risico op hart- en vaatziekten, HDL-cholesterol verlaagt dit risico juist.

"HDL-cholesterol wordt ook wel het 'goede cholesterol' genoemd (...) LDL- en HDL-cholesterol hebben een tegengestelde werking"

Conclusie

Cholesterol is niet per definitie slecht. Het ligt er maar net aan over welke soort cholesterol je het precies hebt: LDL- of HDL-cholesterol. Daarbij is het belangrijk om niet te vergeten dat cholesterol ook een hele hoop essentiële functies in ons lichaam vervult; we kunnen niet zonder cholesterol!